De vergrijzing blijft onbetaalbaar, of er nu meer mensen gaan werken of niet. De arbeidsproductiviteit moet omhoog!
Vrouwen, gehandicapten en bijstandsgerechtigden: ze moeten allemaal aan het werk om de kosten van de vergrijzing te dekken. Maar zelfs als 80 procent van de beroepsbevolking in 2016 een baan heeft – zoals dit kabinet wil – dan nog kan Nederland de vergijzing niet bekostigen.
Dat schrijven wetenschappers Servaas Storm en Ro Naastepad van de Technische Universiteit Delft in het vakblad Economisch Statistische Berichten. De vergrijzing gaat ons tot 2040 gemiddeld 2,6 procent van het bruto binnenlands product kosten. Om dat te kunnen betalen, moet het gemiddelde inkomen per hoofd van de bevolking jaarlijks 1,89 procent stijgen. Dat kan door meer mensen aan het werk te zetten en tegelijkertijd meer te produceren, een combinatie van meer en slimmer werken.
Maar de resultaten van een hogere arbeidsparticipatie zijn betrekkelijk, berekenden Storm en Naastepad, en zullen nooit afdoende zijn om de vergrijzingskosten op te vangen. Zelfs niet wanneer het lukt om 80 procent van de beroepsbevolking aan het werk te krijgen in 2040. Om de vergrijzing te betalen, moet deze 80 procent veel harder werken dan nu. Tot 2040 moet hun arbeidsproductiviteit jaarlijks groeien met 1,89 procent. Van werknemers tussen 1990 en 2006 groeide de productiviteit maar met 1,12 procent gemiddeld. „Beleidsmakers zouden zich veel meer zorgen moeten maken om de arbeidsproductiviteit”, vindt Naastepad. Zonder productiviteitsgroei, zet arbeidsparticipatie onvoldoende zoden aan de dijk.
Die productiviteit wordt bedreigd door de plannen die het kabinet met de arbeidsmarkt heeft, vrezen de onderzoekers. Flexibele arbeidscontracten en versoepeling van het ontslagrecht dragen niet bij aan verhoging van de productiviteit. Als het moeilijk is om mensen te ontslaan, doen bedrijven en werknemers meer om de arbeidsproductiviteit te verhogen. Ze zullen investeren in technologische vooruitgang of scholing van werknemers.
Deregulering van de arbeidsmarkt heeft een averechts effect, vinden Storm en Naastepad. Landen met een flexibele arbeidsmarkt, zoals Groot-BrittanniĆ« en de VS, kampen met een grotere werkloosheid dan landen met een star ontslagrecht als Zweden en Denemarken. Vergeleken met zowel de Angelsaksische landen als ScandinaviĆ« doet Nederland het goed qua werkgelegenheidsgroei, werkloosheid en arbeidsparticipatie. „Er is dus weinig aanleiding om het arbeidsmarktbeleid te herzien”, vinden de wetenschappers. „Door versoepeling van het ontslagrecht moet meer en langer gewerkt worden dan voorheen, zonder dat dit resulteert in een hogere bbp-groei en meer middelen om de vergrijzingslast te financieren.”
Bron: http://www.trouw.nl/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten